Om de gebruikerservaring van deze site te verbeteren gebruikt deze website cookies. Ik ga akkoord Ik ga niet akkoord

Windmolens op zee

Windmolens op de Noordzee, is het nog verantwoord?

Ik schrijf deze tekst in 2020, het 1e jaar van Covid en misschien ook de regeringsvorming. Voor de pleziervaart was het een jaar die hoogtes en laagtes kende, misschien beter andersom, met een laagte van april tot begin juni, waarbij we geen essentiële verplaatsingen konden doen en dus ook onze geliefde sport niet konden beoefenen  (niet naar ons tijdverdrijf konden gaan). Vanaf dan was het voor de sector wel alle hens aan dek, met een prachtige zomer, vrijheid en veiligheid op zee, meer of rivier. Voor de jachthaven van Nieuwpoort (VYN) was het ook het eerste jaar waarbij het bootrecyclageprogramma volledig op zichzelf stond, zonder tussenkomst van een circulair programma wat georganiseerd werd door de Vlaamse overheid en begeleid door OVAM. We startten dit programma in de haven niet alleen uit ecologisch maar ook uit  commercieel oogpunt, het verwijderen van boten die niet betalen of waarvan we de eigenaar niet kenden. We zijn actief op zoek gegaan naar manieren om onze afgedankte pleziervaartuigen zo goed als 100% te recycleren. Oplossingen voor metalen, hout en technische zaken werden snel gevonden, het grootste pijnpunt lag in de basis van de meeste boten, het polyester. We kennen dit als hetgeen prikt en jeukt bij oudere elektriciteitskasten. Dit materiaal, zeer goedkoop, sterk en licht, laat zich niet gemakkelijk recycleren. Er zijn voorbeelden van bedrijven die dit wel (pogen) te kunnen, maar spreek ik van twee bedrijven in onze buurlanden en ééntje in ons land. Naast de verplichte grootte en kwaliteit (geen verf of andere verontreiniging) van het aan te leveren product, is het logistiek ook een heel gedoe om dit materiaal tot de bestemming te krijgen. Voorts krijgen deze bedrijven reeds afdoende productieafval die wel de goede kwaliteit heeft, dus waarom gecontamineerd afval aanvaarden? Daarbij komt ook nog dat de grondstof van polyester zeer goedkoop is.


Gelukkig bracht ons project ons in contact met SIRRIS, onderzoeksbureau, en zo met andere sectoren en ondernemers. Op één van de bijeenkomsten was er een hoera stemming, want de windmolenparken moeten om de 20 jaar hun wieken vernieuwen en zowaar, deze zijn ook van polyester. Er hangt iets minder hout en verf aan vast, maar toch, daar zit geld en dus ook oplossingen. In Europa gaat dit ongeveer over een 100.000 ton afval in 2025 en bijna 400.000 ton in 2045, 4 keer zo veel op 20 jaar tijd! Op dit moment worden er windmolenwieken onder de grond gestoken in afwachting van een oplossing, als ze al niet meer in zee verdwijnen. De pleziervaartsector doet alles wat ze kan om groen te zijn en te blijven, maar kijkt natuurlijk in de richting van sector met de know-how. Wij zijn er als sector dan ook van overtuigd dat de grote bedrijven achter de windmolens met een oplossing zullen komen, wat veelal ook in de contracten staat, maar moeten we tot dan niet even wachten met er bij te zetten?


Vorige week kwam de vraag om een uiteenzetting van een windmolenpark bij te wonen die voor de kust van Duinkerke gebouwd zal worden. Voorafgaand had ik de vraag gesteld of zij al wisten wat te doen met de wieken. Hierop is (nog) geen antwoord gekomen. Voorts hebben we als sector ook onze bezorgdheid uitgedrukt in het volbouwen van de zee. Niet enkel voor het uitzicht, maar ook voor de beoefening van de sport en visserij. Echter mag je nu al noteren dat dit park er zal komen en aansluitend waarschijnlijk nog een park voor onze westkust.


Geniet nog van de naakte horizon zolang het nog kan.